Kun je een rouwproces versnellen?

Er zijn inmiddels ruim drie jaren verstreken sinds die verschrikkelijke woensdag in augustus 2022. Soms overvalt me het ongemakkelijke gevoel dat ik ‘verder’ zou moeten zijn in het rouwproces dan ik ben. Maar afgelopen week moest ik ineens denken aan het bekende verhaal van de vlinder.
Het verhaal van de vlinder
Iemand zag een vlinder vechten om uit haar cocon te komen en knipte uit medelijden de cocon open. De vlinder was direct vrij, maar haar vleugels waren klein en slap. Ze kon niet vliegen, want de strijd om uit haar cocon te komen was juist nodig om kracht en vloeistof in de vleugels te pompen, zodat ze klaar was voor het leven.
Zoals je het proces van een vlinder die uit haar cocon komt niet kan versnellen, zo kun je ook het proces van rouw niet sneller laten verlopen.
Het gaat zoals het gaat.
Rouw forceren
Je kunt proberen je rouw te forceren; het sneller te doen. Bijvoorbeeld door je door je omgeving te laten overtuigen dat je Leuke Dingen moet gaan doen, terwijl je hoofd daar eigenlijk nog helemaal niet naar staat. Of door niet naar jezelf te luisteren en jezelf te dwingen om te leven zoals voorheen.
Je gunt jezelf dan de tijd niet om in alle rust je rouwproces te doorlopen. Je trekt je cocon als het ware te vroeg open.
Terugkijkend denk ik dat dit een beetje mijn tactiek was in het eerste jaar na Lucy’s overlijden. Ik had geen idee hoe ik verder moest, dus deed ik maar gewoon wat ik altijd had gedaan. Met als gevolg dat ik na een jaar zo intens moe was, dat ik me alsnog terugtrok in mijn cocon.
De haast van de maatschappij (en de DSM-5)
Natuurlijke processen de tijd geven klinkt mooi, maar wat als je inderdaad hulp nodig hebt bij je rouwproces? Wat als je verstrikt raakt in je rouw en je verdriet en niet meer goed weet hoe je verder kunt?
Paradox
Ik vind dit een lastige paradox. Als je de vlinder helpt door de cocon open te knippen, leidt dat tot beschadiging. Maar wat als de vlinder na een natuurlijke periode van worsteling helemaal niet uit de cocon kán komen? Wat als het (rouw)proces stokt?
Moeten we de vlinder toch gaan helpen?
Rouw is voor iedereen weer anders. Het is zo uniek als ieders vingerafdruk. Met andere woorden: Je kunt er geen pijl op trekken! Maar volgens de DSM-V bestaat er wel degelijk zoiets als ‘verstoorde rouw.’ Vanaf één jaar na het overlijden van je dierbare gaat de klok tikken.
Ik vind één jaar erg kort door de bocht.

Het eerste jaar sta je vaak nog stijf van de stress, schrik en spanning. In het tweede jaar gaat het stof een beetje liggen en zie je pas goed wat de impact op je leven is. Daar word je vaak ook niet blij van. Het is één van de redenen dat veel mensen zeggen dat het tweede jaar erger is dan het eerste jaar. En al die tijd hijgt de DSM-V je dus in de nek met de druk dat je er wel zo ongeveer overheen moet zijn. Of om in de termen van de vlinder te blijven: Of je al eens een keer uit je cocon komt!
Soms is hulp nodig en welkom
Op z’n best zou je kunnen zeggen dat de DSM-V een punt markeert waarop het natuurlijke rouwproces – dat dus heel persoonlijk en voor iedereen weer anders is – door bepaalde factoren verstoord is geraakt, en hulp daarom welkom is.
In dat geval gaat het dus niet om het versnellen van het rouwproces, maar om te helpen om verder te komen.
Het probleem is alleen: wanneer heeft een rouwende inderdaad hulp nodig? En wanneer moet je iemand de tijd en ruimte geven om het op zijn manier te doen?



Ik heb na anderhalf jaar zelf hulp moeten zoeken omdat ik in een burn-out terecht kwam. Het was het overlijden van mijn zoon, mijn familie en mijn werk waarop ik heel erg spaak liep. Ik ging naar de psycholoog, een jonge vrouw, die me enorm geholpen heeft door naar me te luisteren en door vragen te stellen. Een hulpverlener kan je handvaten aanreiken en je bepaalde dingen doen laten inzien en daarnaast is het praten met een onbekende ook fijn. En toch is het doorlopen van het rouwproces iets wat je alleen doet, maar hulp vragen kan zeker geen kwaad en als buitenstaander hulp bieden door gewoon eens oprecht door te vragen hoe het echt met iemand gaat, helpt ook al een heel stuk. Dat luisterend oor is heel erg belangrijk en kan ook heel goed helpen.